Controlekamer van een aardgascentrale in Hajduszoboszlo (Hongarije). (AFP)

De lange mars naar een solidair energiebeleid

Om tekorten in energievoorziening te voorkomen, die de afgelopen winterperiodes hebben getekend, bestudeert de Unie een plan waarmee lidstaten elkaar te hulp kunnen komen. Toch is niet iedereen tevreden over de voorwaarden voor hulp en niet alle lidstaten zijn bereid om hieraan mee te werken, betreurt de Poolse krant Rzeczspospolita.

Gepubliceerd op 17 maart 2010 om 15:41
Controlekamer van een aardgascentrale in Hajduszoboszlo (Hongarije). (AFP)

Op 18 maart moet de commissie voor industrie, externe handel, onderzoek en energie (ITRE) van het Europees Parlement de definitieve versie aannemen van het voorstel voor de verordening, bedoeld om een snelle en doelmatige reactie te garanderen van de EU in het geval van een gascrisis.

Het grote probleem is dat de centrale vraag, vanaf welke drempel de EU de noodtoestand in de Unie mag uitroepen, nog lang niet is geregeld. De tot nu toe ingediende compromisvoorstellen herhalen voortdurend de bestaande regels en beantwoorden daarmee niet aan de verwachtingen die vooral Polen ervan heeft.

"Wij willen dat de EU het hulpsysteem in werking stelt zodra een van de lidstaten 10% minder gas geleverd krijgt van een derde land", verklaarde Europarlementariër Jacek Sarvusz-Wolski (PPE) naar aanleiding van dit onderwerp. Hij benadrukt dat in het voorgestelde compromis pas wordt overgegaan tot gemeenschappelijke hulp bij een daling van 20% van de aanvoer op het niveau van de Europese Unie, en dat een drempel van 10% slechts zou gelden voor een beperkt aantal vastgestelde geografische zones.

Voor Polen is een drempel van 20% verminderde gastoevoer nadelig

Nieuwsbrief in het Nederlands

Daarnaast staat in de tekst dat de voornaamste gasleidingen van de EU binnen vier jaar koppelingen dienen te hebben met de mogelijkheid van een inverse stroom, zodat er bij een tekort aan energie gas kan worden getransporteerd naar die plekken waar het nodig is. Wat de netelige kwestie van de drempel betreft waarop het noodprogramma van de Unie in werking moet treden, zou het volgens een groot aantal experts schadelijk zijn voor Polen als er wordt gewacht met noodmaatregelen totdat de aanvoer van energie is gedaald met 20%.

Als Polen, zoals wordt overwogen, zich in dezelfde geografische zone zou bevinden als Duitsland en de Baltische staten, zou er geen reden zijn om een hulpsysteem van de Unie op te zetten, zelfs al zou Polen 1,5 miljard kubieke meter gas tekortkomen. Want binnen deze geografische zone zou er een daling van ongeveer 7 miljard kubieke meter gas nodig zijn voordat het gemeenschappelijke noodprogramma in werking treedt. Bovendien zou de hulp op regionaal niveau moeten worden verleend en dus uit een van de buurlanden afkomstig moeten zijn. In de zone van Polen zou alleen Duitsland daartoe in staat zijn.

Lidstaten die geen problemen ondervinden, zullen niet staan te juichen

Na een eerste lezing in het parlement – waarschijnlijk in mei – moet de verordening ter goedkeuring nog worden voorgelegd aan de Raad, en daar kunnen we nieuwe amendementen verwachten. Alles wijst erop dat de lidstaten die geen problemen ondervinden bij de aanvoer van gas en die ook geen slachtoffer zijn geworden van de recente gascrisis niet bepaald zullen staan juichen bij het idee van solidariteit op energiegebied in de EU. Bovendien beschouwen de meeste EU-landen de gaspijpleiding Nord Stream als een vorm van continuïteit van energielevering aan Europa. De bouw van deze pijpleiding is een gezamenlijk initiatief van Duitsland en Rusland, waaraan Frankrijk binnenkort ook gaat meewerken.

Viségradgroep

De rangen sluiten tegenover Moskou

Om tegenwicht te bieden aan het Duits-Franse machtsblok in het besluitvormingsproces van de Europese Unie, onder andere wat betreft energievraagstukken, hebben de leden van de Visegrádgroep (een alliantie van Polen, Tsjechië, Slowakije en Hongarije) de banden aangehaald, schrijft The Economist. Hun afhankelijkheid van aardgas en aardolie uit Rusland heeft hen ertoe gebracht een aantal noord-zuidverbindingen aan te brengen in de pijpleidingen die hun landen van oost naar west doorkruisen waardoor enerzijds Hongarije met Roemenië en Kroatië en anderzijds Polen met Kroatië is verbonden. De geplande Nabucco-pijpleiding om aardgas uit de landen rondom de Kaspische Zee via Turkije naar Europa te vervoeren zou het netwerk van pijplijnen moeten completeren, aldus het weekblad. "De groep dringt overigens aan op de noodzaak van Europese regelgeving op het gebied van wederzijdse bijstand in geval van energiecrises," aldus The Economist, maar voegt daaraan toe dat *"er nog een groot aantal hindernissen blijft bestaan. Eén daarvan is dat Rusland zijn samenwerking met welwillende energiemaatschappijen in Frankrijk, Duitsland en Italië wil versterken[…]en het pijpleidingproject South Stream(concurrent van de Nabucco-pijplijn) steunt". Het grootste obstakel is echter van binnenlandse aard concludeert het blad, want "de toegenomen concurrentie door de extra pijpleidingen heeft tot gevolg dat de marktaandelen van de energiemaatschappijen die aan comfortabele nationale monopolies zijn gewend, worden ondermijnd. De regeringen van de Visegrádgroep mogen dan wel steen en been klagen over de West-Europese landen, maar ze kunnen ook wel eens de hand in eigen boezem steken".*

Tags

Are you a news organisation, a business, an association or a foundation? Check out our bespoke editorial and translation services.

Ondersteun de onafhankelijke Europese journalistiek.

De Europese democratie heeft onafhankelijke media nodig. Voxeurop heeft u nodig. Sluit u bij ons aan!

Over hetzelfde onderwerp