Debat over munt ondermijnt Europese waarden

De mogelijkheid dat Griekenland de eurozone verlaat gaat vaak gepaard met angstbeelden waarbij gesuggereerd wordt dat de EU zonder de euro minder waard is. Een standpunt dat verdeeldheid in de hand werkt en de werkelijke Europese waarden ondersneeuwt, vindt de Griekse schrijver Petros Márkaris.

Gepubliceerd op 11 september 2012 om 14:23

Laten we eens verder zouden kijken dan de harde werkelijkheid van 11,88 miljard euro aan bezuinigingen [die de Griekse regering tracht rond te krijgen en te laten goedkeuren door de trojka]? Als we onderwerpen als begane fouten en de afwezigheid van een politiek systeem, de onmenselijke last die de burgers dragen, de door de trojka geëiste bezuinigingen en offers nu eens buiten beschouwing laten. Deze onderwerpen zijn al uitentreuren door commentatoren en wetenschappers geanalyseerd en inmiddels lang en breed bekend.

Laten we het eens over de kern van de zaak hebben: de entiteit die wij “Europa” noemen. Ik vrees dat wij, Europeanen, ons hebben laten besmetten door de politici en dat we een fatale fout hebben begaan: we hebben Europa en de euro over één kam geschoren. Idereen die het nieuws op de voet volgt, en dan niet alleen dat van Griekenland maar ook de Europese actualiteiten, hebben vooral sinds het uitbreken van de crisis de indruk dat Europa zonder de euro niet mogelijk is. De Europeanen zijn er vrijwel allemaal van overtuigd dat een land dat geen lid is van de eurozone, niet als Europees wordt gezien.

Vrees voor een pariastaat

**Het meest frappante voorbeeld van die gedachte komt uit de Griekse media. Ik volgde de afgelopen maanden dagelijks het psychodrama met Duitsland. Wil dat land ons nu in of uit de eurozone hebben? Tot aan het bezoek van de Griekse premier Antonis Samaras aan Angela Merkel [op 24 augustus] was iedereen ervan overtuigd dat ze ons eruit wilden werken. Inmiddels is er een geruststellender perspectief van fifty-fifty bereikt.

Tijdens het eerste deel van het drama duurde, beperkte de angst zich niet alleen tot de desastreuze gevolgen van een grexit voor de Griekse economie en het leven van de Griekse burgers. Er werd ook gevreesd dat Griekenland een soort van pariastaat zou worden.**

Nieuwsbrief in het Nederlands

Duitsland Europeser dan het Verenigd Koninkrijk?

Het tegendeel was waar voor de Duitsers, maar dan omgekeerd. Het argument van de Duitse burgers die ons eruit willen hebben, is niet alleen gebaseerd op het feit dat Griekenland er met de euro niet uitkomt, maar dat er het land tegelijkertijd gestraft moet worden voor zijn gebrek aan stiptheid. Ons land moet aan de schandpaal genageld worden, of ten minste in een strafkamp belanden.

En dus vraag ik me af: zijn de staten die bij de EU horen maar geen deel uitmaken van de eurozone, allemaal paria’s? Zitten het Verenigd Koninkrijk, Denemarken, Zweden, Tsjechië, Hongarije, Polen en vijf andere landen allemaal in een strafkolonie? Is Duitsland, dat Europa tot twee keer toe ten gronde richtte, Europeser zijn dan het Verenigd Koninkrijk dat Europa twee keer redde? Het Verenigd Koninkrijk mag dan wel vol eigenaardigheden zitten, het land was er altijd wanneer Europa het nodig had.

Euro is een van de duizenden valuta

**Ik vrees dat we in een spiraal zitten en niet weten hoe we eruit moeten komen. Ik zeg dat omdat ik sinds het begin van de crisis in de Europese pers zelden een artikel heb gezien waarin bezorgdheid wordt geuit over de niet-eurolanden, met uitzondering van het Verenigd Koninkrijk. En in het geval van het Verenigd Koninkrijk ging het dan vooral over de gevolgen die het beleid van het land op de eurozone had.

Omdat ik misschien niet goed begrepen wordt, wil ik een ding duidelijk maken: ik behoor niet tot de voorstanders van een terugkeer naar de drachme. Ik heb ook geen bezwaar of voorbehoud tegen uitwisselingen in euro, op voorwaarde dat we niet vergeten dat de euro een van de duizenden valuta is, een ruilmiddel. Het is niet de hoeksteen van ons bestaan. Het verschil tussen het Europa van voor de euro en het Europa van na de euro beperkt zich niet tot de gemeenschappelijke munt.**

Debat ontbeert diepgang

Voor de euro was Europa niet alleen een economische gemeenschap. Het was ook de verwezenlijking van de visie van de grondleggers van de Europese integratie. Zij wilden landen met verschillende talen, historie, culturen en tradities verenigen onder de paraplu van de gemeenschappelijke Europese waarden.

**Denk alleen maar eens terug aan de landen van het voormalig Oostblok. Die wilden niet alleen bij Europa horen vanwege de gemeenschappelijke markt en een hogere levensstandaard, maar ook omdat ze het 45 jaar lang zonder de gemeenschappelijke Europese waarden hadden moeten stellen, maar die wel degelijk omarmden. De laatste die zich daarvoor inzette was Jacques Delors. Na Delors ging het debat rond dit ambitieuze project verloren totdat de euro werd ingevoerd. De eenheidsmunt won het vervolgens van de gemeenschappelijke waarden.

De eenheid van de EU werd vervangen door de eenheid van de eurozone. Tegenwoordig leven we in een Europa waarin alleen politici en economen aan het woord zijn. Dat is de reden waarom het debat, zoals de meeste Europese leiders aan diepgang ontbeert, en slechts een kant op gaat, zoals de traditionele gedachtegang van economen. Het ontbreekt aan een allesomvattende blik op Europa omdat schrijvers, artiesten en intellectuelen zich zelden uiten.**

Voor de euro was er ook een Europa

Ik breek me niet het hoofd over het dilemma ‘euro of drachme’. Maar ik stel me wel de vraag: welk Europa? Voor de euro was er ook een Europa. Maar zal er ook een Europa na de euro zijn, als de euro morgen instort?

In Centraal- en Noord-Europa is er onder het volk een protestbeweging op gang gekomen, men wil niet langer geld steken in nutteloze en verkwistende Zuid-Europeanen. Wij kunnen daar wel boos om worden, maar het is ze niet kwalijk te nemen. In hun plaats hadden wij misschien hetzelfde gedacht, net als de Spanjaarden, Italianen of de Portugezen. Kent u een rijke die zijn geld deelt met de armen?

Tegelijkertijd ontstaat er in de zuidelijke landen een gevoel van woede jegens de rijke landen van Europa. Daar lijdt de bevolking en zien de mensen hun levensstandaard iedere dag een beetje verder achteruit gaan. Wij zijn niet de enigen. De Spanjaarden, Italianen en Portugezen kennen dezelfde emoties als wij. Niemand kan ze dat kwalijk nemen, en daar wringt nu juist de schoen. Want als de euro niet blijft bestaan, is het niet zeker of er nog wel een Europa zal zijn na de euro.

Rivaliteit van een burgeroorlog

**Het meest waarschijnlijk is dat we een in tweeën gesplitst Europa zullen hebben, met een deel dat het andere het mislukken van de euro verwijt. Er zal sprake zijn van twee kampen in Europa waarin het ene kamp het andere verafschuwt en minacht.

Ik zeg niet dat we de euro moeten verlaten. Maar er moet bedacht worden of de euro het waard is dat Europa in twee vijandige kampen wordt gesplitst. Of dat het het waard is om te vernietigen wat Europa sinds 1957 onder zeer moeilijke omstandigheden heeft weten op te bouwen. We jagen cijfers na en verliezen daarbij de menselijke factor uit het oog. Dat is het werkelijke drama. Ik hoop dat ik het mis heb, maar we lijken af te stormen op een rivaliteit van een Europese burgeroorlog.**

Tags

Are you a news organisation, a business, an association or a foundation? Check out our bespoke editorial and translation services.

Ondersteun de onafhankelijke Europese journalistiek.

De Europese democratie heeft onafhankelijke media nodig. Voxeurop heeft u nodig. Sluit u bij ons aan!

Over hetzelfde onderwerp