Nieuws Structuurfondsen

Projectbeheer kan beter in Brussel blijven

Bij de onderhandelingen over de EU-begroting voor 2014-2020 tijdens de Europese Raad van 7 en 8 februari zal er veel worden gesproken over structuurfondsen. In plaats van het beheer van grote EU-projecten aan de lidstaten over te laten, kan dit beter aan de Commissie of aan nettobetalers worden toevertrouwd, meent deze Roemeense krant.

Gepubliceerd op 5 februari 2013 om 12:24

Wat ambitieuze plannen betreft, staan we niet bepaald vooraan. Hebben we onze doelstelling van 2012 om 3,5 miljard euro aan structuurfondsen binnen te halen niet gehaald? Geen nood, in 2013 krijgen we minstens 5 miljard!

En als we nu eens realistisch zouden zijn en tegen de stroom in zouden zwemmen? In de eerste plaats moeten we ons geen rad voor ogen draaien, want de Roemeense regering is er nog niet klaar voor om de Europese fondsen te beheren, ongeacht de mooie plannen die bedacht zijn.

Mankracht en middelen in overvloed

En wat dan nog? Waarom zou Roemenië niet het idee kunnen opperen om grote projecten die door de EU gefinancierd worden, te “externaliseren”? We moeten daarbij denken aan programma’s waarvan de hele Unie kan meeprofiteren, zoals grote infrastructurele werken op het gebied van het wegennet en de spoorwegen, projecten voor samenwerking op energiegebied en de modernisering van binnenhavens en zeehavens.

Dit soort projecten zou onder gezag van de Commissie kunnen blijven. Beschikt zij niet over de instrumenten die noodzakelijk zijn om aanbestedingen te organiseren en supervisie te hebben over de uitvoering ervan? Dan moet zij er maar voor zorgen dat die er komen – mankracht en middelen in overvloed! En als dat tijd zou kosten, dan zou het beheer tijdelijk kunnen worden overgelaten aan de lidstaten die nettobetaler zijn. Moeten de verdragen gewijzigd worden om dit mogelijk te maken? Nou, laten we dat dan voorstellen!

Nieuwsbrief in het Nederlands

Alle Europeanen zouden graantje meepikken

Waarom zouden de Commissie en de grote nettobetalers eigenlijk niet geïnteresseerd zijn in een snellere verbinding tussen Noord-Europa en de havens aan de Donau en de Zwarte Zee? Waarom zouden zij niet geïnteresseerd zijn in samenwerking op het gebied van energie of zelfs in de aanleg van bedrijvenparken waar zij hun ondernemingen zouden kunnen vestigen? Wij zouden bijdragen met ons aandeel in de cofinanciering en uiteraard gedeeltelijk met onze wetgeving. Alle Europeanen zouden daarvan een graantje mee kunnen pikken.

De investeringen voor de financiering van de strategie Europa 2020 zouden uiteraard centraal beheerd moeten worden, zoals is voorzien in de begrotingscyclus voor 2014-2020. De Commissie zal de contracten met de lidstaten en de regio’s aangaan. De lidstaten zullen zich ertoe verbinden hun investeringsprioriteit te herzien overeenkomstig deze doelstellingen.

Geld zou efficiënt worden besteed

Het wetgevingspakket dat is voorgesteld door Johannes Hahn, de Europees commissaris voor Regiobeleid, heeft ten doel de normen van diverse fondsen, die onder meer bestemd zijn voor plattelandsontwikkeling, maritieme zaken en visserij, op één lijn te brengen om meer samenhang aan te brengen in de acties van de EU. De vraag is waarom we niet een stapje verder zouden gaan en projecten met een Europese reikwijdte, die een specifieke lijst van prioriteiten hebben, niet ook op “gecentraliseerde” wijze zouden kunnen beheren.

Zo zal de Duitse, Nederlandse en Zweedse belastingbetaler zien dat zijn geld efficiënter wordt besteed, dat de uitgaven beter worden gecontroleerd dan door de autoriteiten van hun eigen land en dat de gelden niet verdwijnen in de zakken van de georganiseerde misdaad in de Balkanlanden. Een dergelijk systeem zou meer op een “Marshallplan” lijken en zou de Europese burgers een groter gevoel van solidariteit en gemeenschappelijke belangen geven. Bovendien zouden de begunstigde landen zo een draaiboek van optimale werkmethoden in handen kunnen krijgen dat ook kan worden toegepast op andere, kleinere projecten die onder de competentie van de plaatselijke autoriteiten zullen blijven.

Witteboordencriminelen

Uiteraard kunnen we daar het argument van de subsidiariteit tegenin brengen: het besluit om Europese fondsen aan te wenden moet zo dicht mogelijk bij de begunstigde genomen worden. In theorie lijkt dat steekhoudend te zijn. Maar wat te doen als de beslissingsbevoegdheid in naam van de begunstigde is gegijzeld door zogenaamde lokale autoriteiten die in werkelijkheid witteboordencriminelen zijn? Wie zit dichterbij het belang van de burger: de Europese Commissie of de lokale baronnen?

Dichterbij vanuit politiek oogpunt gezien uiteraard, niet vanuit geografisch oogpunt. Wat is beter voor de burger: verspilling van middelen aan duizenden of zelfs tienduizenden onafgemaakte projecten die de rekeningen spekken van “bevriende” bedrijven en vervolgens de verkiezingscampagnes via steekpenningen? Of een geheel van projecten dat een daadwerkelijke impact in Europa heeft?

Een dergelijk initiatief dat van Roemenië en eventueel Bulgarije afkomstig is, zou interessant kunnen blijken te zijn in het kader van een hervorming van de Europese instellingen. Brussel zou voor de “netto-betalers” en de “netto-ontvangers” een ware factor voor ontwikkeling kunnen worden, en niet het pathetische symbool van een bureaucratie die geen voeling heeft met de werkelijkheid.

Dat zou een schitterend antwoord zijn op de centrifugale tendensen in Groot-Brittannië: een focus van het continent op ontwikkelingsinvesteringen die zullen bijdragen tot het versterken van de cohesie en uiteraard de interne markt. En een “overdracht van soevereiniteit” die de burgers die van de projecten profiteren, zouden begrijpen en ondersteunen.

Tags

Are you a news organisation, a business, an association or a foundation? Check out our bespoke editorial and translation services.

Ondersteun de onafhankelijke Europese journalistiek.

De Europese democratie heeft onafhankelijke media nodig. Voxeurop heeft u nodig. Sluit u bij ons aan!

Over hetzelfde onderwerp