Waar blijft de moderne sociaaldemocratie?

President François Hollande doet het slecht in de peilingen en zowel van links als van rechts heeft hij te maken met maatschappelijk verzet. Volgens een commentator is de kern van zijn probleem dat zijn klassenstrijd een moderne sociaaldemocratie in de weg staat.

Gepubliceerd op 30 oktober 2013 om 16:38

Het is zover: het belangrijkste moment van de strategische beweging van François Hollande is aangebroken. Hij ligt onder vuur van zowel zijn eigen kamp als van rechts. Kan hij hier nog uitkomen?

Ik meen dat het de taak van François Hollande is om nu eindelijk een antwoord te vinden op de vraag hoe het Franse socialisme kan worden omgezet in sociaaldemocratie. Hij moet het marxistische gedachtegoed uit links verwijderen. Echter, hij heeft een partij geërfd die, en dat is een probleem waar alle socialistische leiders –hijzelf ook- mee te maken hebben, een omgekeerde analyse van de crisis maakt: daarbij wordt gepleit voor een terugkeer naar de klassenstrijd! Arbeid versus kapitaal! De Socialistische Partij (PS) bevindt zich niet in de 21e eeuw, maar verschuilt zich in de negentiende eeuw.
De centrale vraag voor de partij gaat over ongelijkheid: de rijken moeten meer worden belast. De gekozen Hollande wordt omringd door adviseurs en ministers die zo denken en hij heeft een parlement waar veel parlementariërs zo denken.

Hollande is geen intellectueel

Toen hij nog presidentskandidaat was, begreep hij dat de crisis zonder twijfel veel ingewikkelder in elkaar stak dan uit deze makkelijke gedachtegang blijkt. Hij beloofde weinig. Hij kwam ervoor uit dat het begin van zijn vijfjarige mandaat moeilijk zou zijn en dat pas in het tweede deel de vruchten van zijn beleid zouden kunnen worden geplukt. Hij was voorzichtig, volgens sommigen zelfs aarzelend.

Het probleem van François Hollande is dat hij geen intellectueel is. Dat is zijn fundamentele probleem. Het mankeert hem aan visie. Als realist en pragmaticus had hij al snel door dat het socialistische programma ten dode is opgeschreven. Maar hij heeft slechts wat probeersels en zijn voorliefde voor compromissen te bieden. Op goed geluk gaat hij krachtmetingen aan. Het is een man van kleine syntheses. Hij weet echter geen grote brug te slaan tussen het socialisme en de moderne tijd.

Nieuwsbrief in het Nederlands

Zwakke concurrentiepositie

Het is dit gebrek dat er voor heeft gezorgd dat hij, ondanks zijn voorzichtige programma, in twee verkeerde richtingen is gegaan. Omringd door een socialistisch apparaat dat hevig tekeergaat tegen ongelijkheid, de banken en de CAC40 [de aandelenindex van de veertig belangrijkste bedrijven aan de Franse beurs, red.] heeft hij niet gezien dat het grootste probleem van Frankrijk de zwakke concurrentiepositie is. De bedrijven verdienen niet te veel geld, maar juist te weinig!

Met het rapport-Gallois [over de concurrentiepositie van de Franse industrie in de wereld, red.] heeft hij echter zijn beleid snel gecorrigeerd. Maar de PS steigerde! Velen moeten nog bijkomen van dit “aanbodbeleid” waarin zij een “cadeau” aan de werkgevers zien. Het zijn woorden die stammen uit de negentiende eeuw.

Vooroordelen over de rijken

Zijn andere fout betreft het begrotingsbeleid. In het begin werd het programma van de PS gevolgd om de belastingen te verhogen (die van de rijken) om zo het tekort aan te pakken. [[Belast de rijken, geef het aan de anderen en alles zal beter gaan!]] Wat betreft de overheidsuitgaven, een andere mogelijkheid in het bezuinigingsbeleid, remde hij de bezuinigingen af. Als socialist wilde hij niet dat zijn kiezers afkomstig uit de ambtenarij er te veel onder zouden lijden.
Daar kwam bij dat economen hadden hem aangeraden niet te hard in te grijpen. Met een groei van nul procent in 2012 zou het, volgens de keynesiaanse principes, beter zijn niet al te veel te bezuinigen op de publieke uitgaven. Frankrijk riskeerde, net zoals Italië, in een recessie te belanden. Het verzoek aan Brussel om uitstel om aan de criteria van het Verdrag van Maastricht te voldoen was dan ook legitiem en werd trouwens ingewilligd.

Dit beleid, een mengsel van vooroordelen over de rijken, een keynesiaanse ideologie en de partijpolitiek waarbij rekening wordt gehouden met het electoraat, heeft geleid tot een ‘fiscale shock’ in 2012: er werd 30 miljard euro aan belastinginkomsten opgehaald. Maar in een land dat kampioen belastingheffing is, is het lont van een fiscale opstand aangestoken. In 2013 wordt een derde van de doelstelling voor de begroting behaald door bezuinigingen op de uitgaven, maar twee derde wordt binnengehaald door belastingheffingen. En deze keer niet alleen bij de rijken, maar bij iedereen, de middenklasse incluis.

De regering hoopt dat in 2014 de economie weer zal opleven, de keynesiaanse overwegingen minder zwaar zullen wegen en dat 80 procent van de doelstelling door bezuinigingen zal worden bewerkstelligd en 20 procent door belastingen. In 2015, zo heeft Hollande beloofd, zal 100 procent van de bezuinigingen bestaan uit het korten op de uitgaven.

Aardverschuiving

Deze aardverschuiving zal drie jaar in beslag nemen. Dat is een lange periode. François Hollande zal dan eindelijk over een gezond economisch beleid beschikken, zowel op het gebied van de concurrentiepositie als van de structurele bezuinigingen op de uitgaven. Maar de onduidelijkheid zal te lang hebben geduurd en er zal niet worden uitgelegd waarom het zo gaat. Wij hebben aan de ene kant een meerderheid die zich van ’s ochtends tot ’s avonds laat op TV klaagt over een sociaaldemocratische president, aan de andere kant wordt er gebaald van de belastingen en dreigt er opstand.

Wat kan François Hollande doen? Hij moet zich niet langer laten overvleugelen door de PS en haar meerderheid. Hij moet zich versnellen in zijn nieuw genomen richting. De Franse concurrentiepositie is nog niet hersteld, verre van, de president moet dus nog verder gaan. Het bezuinigen op de uitgaven zal een gelegenheid zijn om de overheidsdiensten efficiënter te laten werken.

Hij wilde sociaaldemocraat zijn? Dan moet hij dat ook echt zijn. De politiek en de belastingbetalers staan op springen.

Vanuit Duitsland bezien

Gespannen klimaat

“Frankrijk staat aan de rand van een opstand”, schrijft de Frankfurter Allgemeine Zeitung. De krant meent dat het land “onregeerbaar is geworden”:

Het lukt de socialisten die in Parijs aan de macht zijn, niet meer om hun besluiten door te voeren: of het nu om de ecotaks, om de belasting op levensverzekeringen en hypotheken, of om een verhoging van ondernemingsbelasting gaat, meteen gaat er een protestgolf door het land en trekt de regering de maatregelen na een paar dagen in. Zo lijkt er niet alleen sprake van incompetentie, maar wordt ook de indruk gewekt dat de regering zwak is.

Het Duitse dagblad is van mening dat president “Hollande vandaag de dag de prijs betaalt voor een overwinning bij de presidentsverkiezing met behulp van een totaal utopisch partijprogramma dat Frankrijk beloofde de financieel-economische crisis te boven te komen zonder offers te vragen aan zijn burgers en zonder ingrijpende hervormingen”. De krant waarschuwt voor een nederlaag:

In de gemeenten zouden de socialisten, die in de meeste grote steden de meerderheid hebben, zouden [bij de gemeenteraadsverkiezingen] wel eens een ernstige nederlaag kunnen lijden. [En] bij de Europese verkiezingen zou Marine Le Pen wel eens als grootste partij kunnen eindigen, nog voor de UMP, de rechtse oppositiepartij; de socialisten zouden pas daarna komen, volgens de laatste peilingen.

Tags

Are you a news organisation, a business, an association or a foundation? Check out our bespoke editorial and translation services.

Ondersteun de onafhankelijke Europese journalistiek.

De Europese democratie heeft onafhankelijke media nodig. Voxeurop heeft u nodig. Sluit u bij ons aan!

Over hetzelfde onderwerp