Op zoek naar nieuwe Europese bouwstenen

De economische en financiële crisis heeft de afgelopen vijf jaar een zware wissel getrokken op de Europese Unie. Niet alleen is het wantrouwen tussen de lidstaten toegenomen, maar ook de zekerheid van een gemeenschappelijke toekomst is afgebrokkeld. Dit is het moment om een nieuwe politieke koers uit te zetten en concrete maatregelen te nemen, schrijft El País.

Gepubliceerd op 3 december 2013 om 13:00

De financiële orkaan heeft de Europese ziel diep geraakt. Een lelijk litteken loopt van noord naar zuid over het continent. Aan oude en nieuwe stereotypen geen gebrek: liegende Grieken, feestende en uitbundige Spanjaarden, overmoedige Ieren, dominante en egoïstische Duitsers. Maar in deze aan dovemansoren gerichte dialoog tussen schuldeisers en schuldenaren beseffen we ineens dat de hele eurozone in hetzelfde schuitje zit. Met de tijd zijn zekerheden afgebrokkeld en taboes doorbroken, we zijn buiten de rode lijnen getreden en we hebben de gouden regels ingeruild voor een reeks overhaaste beslissingen. Door die stortvloed aan maatregelen konden we het ergste voorkomen, hoewel we nu tot aan onze nek in de onvoorziene gevolgen zitten. Zo eindigt een periode van vijf jaar crisis: met de indruk dat er nooit een raamwerk is geweest om deze het hoofd te bieden. Nu moeten we ons richten op de tweede wederoprichting (na de oprichtingsperiode van de jaren vijftig en de eerste overgangstijd die aanbrak met de val van de Muur, vervolgens de oprichting van de euro kende en een hoogtepunt bereikte met de toetreding van de Oostbloklanden).

In nevelen gehuld Brussel

De vele toppen van de afgelopen jaren zijn uitgemond in een wijdverbreid bezuinigingsbeleid. Niemand stelt dit recept ter discussie, ook al geven sommigen toe dat er in een aantal landen diagnostische fouten zijn gemaakt en de algehele reactie buitensporig was, wat op het conto kan worden geschreven van de ernstige schuldencrisis van 2010. Brussel heeft gered wat er te redden viel, maar de harde werkelijkheid wil dat alleen Duitsland momenteel weer een bbp heeft dat even hoog is als voor de crisis. Europa is de Europeanen beetje bij beetje verloren in het strijdgewoel. Brussel is op zijn hoede voor het toenemende gevoel van ontgoocheling, terwijl er al over zes maanden verkiezingen plaatsvinden. Zestig procent van de Europeanen heeft geen vertrouwen meer in de Europese Unie als we de laatste peilingen van Eurobarometer mogen geloven. Voor de crisis was dit 31 procent.

De EU was en is een soort expeditie naar de horizon. Wij hebben nooit een plattegrond gekregen om de labyrinten te ontcijferen van het in nevelen gehulde Brussel. In deze eeuwige strijd tussen dat wat mogelijk is en dat wat wenselijk is, moet de Europese Unie een middenweg vinden tussen diegenen die denken dat het tumult ons verplicht om de sprong te wagen naar een federale staat (waardoor de onwaarschijnlijke Verenigde Staten van Europa zullen ontstaan) en degenen die inzetten op een Europese versie van Apocalypse Now van Francis Coppola op muziek van Wagner.

“Een permanente overgangsstaat”

“Het is waarschijnlijk dat er noch een federale staat, noch verbrokkeling zal plaatsvinden. Deze tweede overgangsperiode zal zeker aanvangen en gepaard gaan met onvermijdelijke teleurstellingen, zoals de eeuwige belofte van de mogelijke terugkeer van de Grote Politiek”, aldus Luuk van Middelaar, een van de interessantste stemmen in Brussel. Hij is de auteur van het meesterwerk De passage naar Europa, Geschiedenis van een begin, alsmede van de discours van Herman Van Rompuy. Hij definieert de Unie als “een permanente overgangsstaat”. Hij hamert erop dat we “dringend het vertrouwen van de bevolking terug moeten winnen, wat niet mogelijk is zonder een plan van aanpak en zonder leiderschap.”

Nieuwsbrief in het Nederlands

Analist Moisés Naím is dezelfde mening toegedaan: “Noch de Europese instellingen, noch de nationale politieke leiders hebben tegenwoordig voldoende macht om dit te bereiken. [...] Europa was sterk toen zijn leiders sterk waren. De huidige crew – Barroso, Ashton, Van Rompuy, enzovoort – volstaat niet meer.”

Revanche van de geschiedenis

[[De wereld verkeert niet in crisis, maar Europa wel degelijk]]. De problemen zijn niet economisch van aard, althans niet alleen, maar eerder politiek en institutioneel. Bovenal is het een bestuurscrisis. Het is en passant een soort revanche van de geschiedenis, de demografie en de geografie: de omwentelingen vinden plaats in het kader van een aardverschuiving waardoor het centrum van de wereld richting de Stille Oceaan opschuift.

Naast de politiek, of eerder omdat deze schittert door afwezigheid, is de toekomst onzeker. André Sapir, die bij denktank Bruegel werkt, merkt op dat het de komende vijf jaar nog steeds de belangrijkste doelstelling van de eurozone zal zijn om er weer bovenop te komen: “Het is verontrustend dat besluiten worden genomen zonder enige consensus over de aard of de oorzaken van de crisis. Daarom kunnen we alleen maar hopen dat we ons er doorheen zullen slaan.”

De aard van Europa

Daron Acemoglu, auteur van een van de belangrijkste werken van de afgelopen tijd – Why Nations Fail [in het Nederlands vertaald als Waarom sommige landen rijk zijn en andere arm] – maakt deel uit van de groep mensen voor wie de tweede wederoprichting van de EU “is aangebroken”. In een interview met El País noemt hij twee revoluties binnen de recente Europese nieuwe ontwikkelingen: de bankenunie en de voorafgaande controles van de nationale begrotingen. De bankenunie in het bijzonder heeft veel weg van een metamorfose, want hierdoor verandert de aard zelf van Europa. De club van de euro is altijd achtervolgd door negatieve berichtgeving en de inflatie, een soort erfenis van de Duitse geschiedenis. De euro heeft controlemechanismen van de publieke sector gekregen (waarvan de geloofwaardigheid ter discussie staat, zoals we in Maastricht al hebben gezien).
Toch werd er verondersteld dat de markten zichzelf zouden reguleren en dat de gebreken van de particuliere sector zichzelf zouden corrigeren; het was niet noodzakelijk om hier aandacht aan te besteden. Toch heeft de crisis deze benadering onderuit gehaald: “Als de bankenunie haar ambitie uiteindelijk niet naar beneden bijstelt, zal Europa een radicale verandering doormaken die het zou kunnen helpen om zijn uitwassen te corrigeren”, voorspelt Daron Acemoglu.

Uiteindelijk zal Europa wakker beginnen te worden als er niets verkeerd gaat. In deze context is de rol van de ECB als regelorgaan van de banken essentieel. “We moeten doorgaan met het reguleren van de overheidsfinanciën en met hervormingen,” concludeert een bron in Brussel, “maar met de bankenunie opent Europa de weg naar andere vormen van kwetsbaarheid. Voor de ECB zal het een onderdompeling in de werkelijkheid zijn, een val van de Olympus.”

Tags

Are you a news organisation, a business, an association or a foundation? Check out our bespoke editorial and translation services.

Ondersteun de onafhankelijke Europese journalistiek.

De Europese democratie heeft onafhankelijke media nodig. Voxeurop heeft u nodig. Sluit u bij ons aan!

Over hetzelfde onderwerp